>>Het laboratorium voor Neurofysiologie van het gehoor (auditieve geëvoceerde potentialen)

Afbeelding van de audiometrische cabine bestemd voor neurofysiologische metingen

Het laboratorium voor klinische Neurofysiologie van het gehoor is een van de belangrijkste ontwikkelingslijnen in de activiteiten van de klinische neurofysiologie van de campus Brugmann-UKZKF. Het laboratorium is gespecialiseerd in het functioneel onderzoek van het auditief systeem.

Dankzij diverse registratiemethodes van de elektrische activiteit van het centrale zenuwstelsel, levert het een bijdrage in de diagnose van veelvuldige stoornissen van het gehoor en van het zenuwstelsel, vanaf het ogenblik dat er functieverlies is van de auditieve banen.

Buiten de verscheidene indicaties (stoornissen als demyeliniserende aandoeningen, degeneratieve aandoeningen, misvormingen, letsels van de hersenstam, van de schedelbasis, comatoestanden, duizeligheid, oorsuizingen...) die over het algemeen vastgesteld worden door de geneesheren-specialisten in de NKO en de Neurologie, is een van de meest bestudeerde toepassingen de studie van de auditieve deficiëntie bij patiënten die niet aan audiometrische gedragsproeven kunnen meewerken. Het gaat specifiek over kinderen van minder dan drie à vier jaar of kinderen met een ander letsel, bij wie vermoed wordt dat ze een auditieve deficiëntie vertonen.

Historisch

Het laboratorium voor klinische Neurofysiologie van het gehoor heeft zich geleidelijk ontwikkeld in de schoot van de klinische neurofysiologie-activiteiten van de dienst voor neurologische Revalidatie van het Brugmann Ziekenhuis. Het is historisch gegroeid : in de periode dat klinische toepassingen van geëvoceerde potentialen (EP) in de neurologie nog een uitzondering waren, deed men in de regel bij een objectieve diagnose van een auditief tekort en vooral bij kinderen al een beroep op het laboratorium. Dr Demol, diensthoofd van neurologische Revalidatie, besliste reeds in 1976 om zich in de techniek van de EP te bekwamen, in het voordeel van het klinisch onderzoek van de fysiopathologie van het zenuwstelsel. Zo zorgde hij ervoor dat het Brugmann Ziekenhuis de eerste instelling van het huidige IRIS-netwerk was dat over polyvalente apparatuur voor het registreren van de EP beschikte. Op het niveau van het ULB-netwerk werden elektrofysiologische diagnoses van gehoorafwijkingen dus door de dienst voor neurologische Revalidatie verzekerd, in directe samenwerking met de dienst NKO.

Deze vooruitziendheid heeft het mogelijk gemaakt om een belangrijke ervaring op te doen in dit domein, een ervaring die precies op tijd kwam toen in 1986 op dezelfde campus het Universitair Kinderziekenhuis Koningin Fabiola (UKZKF) werd geopend. Als enig pediatrisch ziekenhuis van het land concentreerde zich in deze instelling vanzelf een pediatrische populatie, met hoog risico op gehoorafwijkingen, hetgeen de vraag naar elektrofysiologische onderzoeken aanzienlijk verhoogde. De noodzaak om bij vaak erg zieke kinderen registraties uit te voeren, heeft ons ertoe geleid om in samenwerking met de kliniek voor pediatrische Anesthesiologie, verscheidene technieken te ontwikkelen die registratievoorwaarden garanderen die optimaal zijn, zowel voor het comfort van het kind als voor de kwaliteit van de onderzoeksresultaten.

Omschrijving van de beschikbare diensten

De essentie van de methodologie om de auditieve afwijkingen op te sporen, berust op dit ogenblik nog altijd op de auditieve geëvoceerde potentialen van de hersenstam, in de vaktaal vaak aangeduid met het engelse letterwoord BERA (Brainstem Evoked Response Audiometry). Aan de hand daarvan kan men, zonder rekening te moeten houden met de leeftijd van de patiënt, het auditief verlies meten, het type van audiometrisch profiel bepalen en vaak precieze aanwijzingen geven over het mechanisme van het auditieve verlies (anomalie van het middenoor of van het slakkenhuis en in dat laatste geval het soort aandoening aan het binnenoor, aanwezigheid van een aanwas...).
Als het nodig is, kan deze basismethode aangevuld worden met bijkomende onderzoeken (Frequency Following Response, MLS-Evoked Kernels...), die de mechanismen van het auditieve verlies gedetailleerder onderzoeken en de aanwezigheid van distorsie in de functie van het auditief systeem aantonen. Ook wordt een precieze strategie aangegeven voor het compenseren van het deficit.

Er werd een uitgebreide samenwerking opgezet met de NKO-diensten van pediatrische ziekenhuizen (UKZKF) en van ziekenhuizen voor volwassenen. Zo kunnen specifieke testen geïntegreerd worden : onderzoek van het middenoor of van het actieve gedeelte, het meest kwetsbare van het slakkenhuis (door oto-emissies die zeer secifiek de externe trilhaarcellen exploreren).

Bij complexe pathologieën, kan het laboratorium in dezelfde onderzoekssessie volledige neurosensoriële balansen opmaken, met inbegrip van het onderzoek van de visuele banen, van de banen van lichaamsgevoeligheid en van de perifere zenuwen. Niet zelden wordt hieraan het in beeld brengen van het zenuwstelsel toegevoegd (door CT-Scan of magnetische resonantie). Men groepeert aldus zoveel mogelijk onderzoeken die op een delicate manier moeten worden uitgevoerd, zodat er slechts eenmaal een tussenkomst van de pediatrische anesthesist nodig is.

Als het klinisch probleem het vereist, voert het laboratorium eveneens een registratie van de auditieve potentialen met middellange en lange latentietijd uit, evenals die van de cognitieve actitiveiten van het type P300 en Mismatch Negativity. Het beschikt eveneens over een systeem van hersencartografie (Brain Mapping), voorzien van een uitgebreide normatieve gegevensbank, zowel voor volwassenen als voor kinderen.

Het laboratorium doet eveneens proeven met elektrische stimulatie van de gehoorzenuw bij patienten met zware of totale doofheid, die kandidaat zijn voor een cochleaire inplantatie. Een cochleair inplantaat is een prothese, chirurgisch geplaatst, die toelaat de gehoors-zenuw te stimuleren wanneeer het binnenoor te gestoord is voor een efficiente behandeling met klassieke prothese. Deze stimulatie proeven maken deel uit van de batterij selektietesten die bijdragen tot de beslissing of men zijn toevlucht neemt tot een cochleair implantaat bij de patient.

Praktische inlichtingen

Op het ogenblik dat u een afspraak maakt, bevelen wij een telefonisch contact aan met de patiënt zelf, of met de ouders, ofwel met de verwijzende arts. Op die manier kunnen we alle aspecten van het gestelde probleem in hun geheel inschatten en het onderzoek optimaal plannen. Voor een auditieve deficiëntiebalans van het kind kunnen we tijdens dit contact goed aan de ouders uitleggen hoe het onderzoek zal verlopen, wat de vermoedelijke duur ervan zal zijn en of er eventueel de avond tevoren enkele praktische maatregelen moeten worden genomen.

Onderzoek en ontwikkeling

Aangezien wij ons tijdens de dagelijkse werkzaamheden van ons laboratorium talrijke vragen stellen over auditieve deficiëntie, kunnen wij ongetwijfeld bijdragen tot de verbetering van de compensatie hiervan. Verscheidene van deze vragen maken het voorwerp uit van de afdeling "onderzoek en ontwikkeling" in ons laboratorium, waarbij er vaak met andere onderzoekers wordt samengewerkt.

Onderwijsactiviteiten

Indien zij dat wensen, hebben de studenten van de licentie logopedie (ULB) de gelegenheid om klinische of onderzoeksstages in het laboratorium te doen, of hebben ze de mogelijkheid om er hun eindwerk te maken. Het laboratorium aanvaardt eveneens stagiairs van het graduaat in audiologie van het Vrije Instituut Marie Haps, die ook de mogelijkheid hebben om er hun eindwerk te maken.

>>Meer informatie over het departement Neurologie.