Sinds april 2009 is Karin Keppens de nieuwe adjunct-directeur
van het verpleegkundige en paramedisch departement bij het UVC
Brugmann. Eén van haar belangrijkste projecten is de praktische
uitvoering van het CESAR-plan.
"UVC Brugmann is mijn biotoop",
stelt Karin Keppens met recht en
reden. Nagenoeg haar hele carrière
was ze onafgebroken aan de slag in het
Brugmannziekenhuis. Dat hoeft volgens
de nieuwe adjunct-directeur van het verpleegkundige en paramedisch departement niet eens te verwonderen. "UVC
Brugmann is een heel stimulerende
omgeving. Wie iets geeft, krijgt ontzettend veel kansen terug."
Karin Keppens begon bij het UVC Brugmann als psychiatrisch verpleegkundige op afdeling 40 (adolescenten & crisis). Acht jaar later, in 1992, werd ze hoofdverpleegkundige. In 1999, net na de fusie met de site Brien in Schaarbeek, promoveerde ze tot diensthoofd en nog eens een jaar later tot vormingsverantwoordelijke. Als laatste etappe werd ze bijna anderhalf jaar geleden de nieuwe adjunct-directeur van het verpleegkundige en paramedisch departement.
Groei en persoonlijke ontwikkeling
Een voortdurend evoluerende jobinhoud dus, en zo heeft Karin Keppens het ook graag. "Ik sta steeds open voor nieuwe projecten. Ik heb verschillende, bijkomende opleidingen gevolgd, met speciale interesse voor coaching. Groei en persoonlijke ontwikkeling vind ik erg belangrijk om mij goed te voelen in mijn job." Als een direct gevolg van de opleidingen werd Karin Keppens twee keer gedetacheerd als extern consultant in universitaire opdracht, één keer bij het Zwitserse Ensemble Hospitalier de la Côte, en één keer bij de FOD Volksgezondheid. Ook werkte ze anderhalf jaar in bijberoep als zelfstandig trainer/coach.
Het plan CESAR
De belangrijkste opdracht van Karin
Keppens als adjunct-directeur is de
praktische uitvoering van het beleidplan 'CESAR' (zie kader) voor 2010 en 2011. Dat plan werd bijna twee jaar geleden geïnitieerd door mevrouw Anita
Clemens, directeur van het verpleegkundig en paramedisch departement, en heeft als eerste bedoeling de patiëntenzorg continu te verbeteren, zowel de
objectieve zorgkwaliteit en -veiligheid als
de patiëntentevredenheid.
Tweede ambitie van het plan CESAR is
meer partnership en transversaliteit.
Het is essentieel om verpleegkundigen, artsen en de administratie zo goed mogelijk te laten samenwerken, vindt
Karin Keppens. "In het verleden was er
te weinig overleg tussen die zuilen. Nu
moet 'partnerschap' het sleutelwoord
worden." Dat partnerschap krijgt reeds
een praktische invulling met de komst
van het elektronisch patiëntendossier. "Momenteel tekenen we, samen
met projectleiders binnen de verschillende diensten, op papier uit hoe zo'n patiëntendossier er uit moet zien. Dat
uniform patiëntendossier bereidt de weg
voor het elektronisch patiëntendossier."
Persoonlijk ontwikkelingsplan
De derde doelstelling van het plan CESAR is het optimaliseren van het management en leadership om zo het beroep aantrekkelijker te maken en de talenten van de medewerkers zo goed mogelijk te ontwikkelen. Een concrete illustratie daarvan zijn de competentiegidsen. Bedoeling is dat elke medewerker van het verpleegkundig en paramedisch departement tegen 2012 een persoonlijk ontwikkelingsplan krijgt. "Verwar het niet met een evaluatie. Elke verpleegkundige zal op geregelde tijdstippen met een referent(e) op zijn dienst overleggen welke volgende stappen hij wil ondernemen in zijn carrière, en hoe hij die het beste kan bereiken. Momenteel zit het project nog in een pilootfase. Enkel de nieuw aangeworven medewerkers nemen er aan deel."
Competenties in de praktijk
Karin Keppens vindt de uitvoering van het CESAR-plan bijzonder boeiend. "Van nature ben ik een coach, een people manager. Met dit plan krijg ik de kans de competenties die ik met de bijkomende opleidingen heb verworven, in de praktijk toe te passen. Bovendien is het een project waar ik sterk in geloof, een plan waar de directie trouwens zijn volledige medewerking aan verleent. Het is echt fijn om daaraan mee te werken."
Auteur : Pieter Segaert
Bron : Osiris News
(nr
20, september-november 2010)